Concurrentiebeding na faillissement

Veel mensen denken dat een concurrentiebeding of relatiebeding automatisch vervalt na faillissement van het bedrijf. Dit is niet waar. Wat er met het concurrentiebeding na faillissement gebeurt is afhankelijk van de omstandigheden. Het belang voor een ontslagen werknemer om weer aan het werk te gaan is groot en er moet dus een goede reden zijn om het concurrentiebeding na een faillissement te handhaven.

Heb jij het idee dat in jouw geval het concurrentiebeding onredelijk is en ervoor zorgt dat jij moeilijk aan een andere baan komt? Schakel dan direct juridische hulp in. Onze ervaren advocaten vechten dit voor jou aan. Bel ons op 088-6002800 (gebruikelijke belkosten) of vul ons contactformulier in, wij bellen je dan terug om jouw situatie te bespreken.

Hoofdregel: concurrentiebeding blijft van kracht, ook na faillissement

Er is geen wet die zegt dat een concurrentiebeding niet meer geldig is als een bedrijf failliet gaat. Het concurrentiebeding blijft dus gewoon van kracht, failliet of niet. Om dan toch van het concurrentiebeding af te komen moet er een belangenafweging worden gemaakt. Welk belang weegt zwaarder: dat van de werknemer, die graag weer aan de slag wil, of dat van de curator, die misschien kan zorgen voor een doorstart van de onderneming.

Doorstart en concurrentiebeding

Als er een doorstart wordt gemaakt, kan de curator groot belang hebben bij het in standhouden van het concurrentiebeding. De curator moet in dat geval zijn zwaarwegende belang goed kunnen onderbouwen om het beding in stand te houden. De werknemer is immers al zijn baan kwijt zonder dat hij dit zelf wilde.

Werknemers willen logischerwijs het concurrentiebeding laten vervallen om eerder een nieuwe baan te kunnen vinden. Het is aan de werknemer om aan te tonen dat het beding een belemmering vormt bij het vinden van ander werk.

Bij een doorstart neemt een koper de onderneming over. In dat geval blijven er vaak een aantal werknemers in dienst. De meeste werknemers worden door de curator ontslagen. De nieuwe koper van de onderneming heeft niet het recht om het concurrentiebeding te handhaven.

De curator kan, volgens de meeste uitspraken van kantonrechters, de werknemers wel aan het concurrentiebeding houden. Aangezien de koper een doorstart met de onderneming wil, moet dit wel kans van slagen hebben. De koper moet geen schade ondervinden doordat oude werknemers het concurrentiebeding schenden. Het concurrentiebeding heeft namelijk nog steeds hetzelfde doel: de organisatie beschermen.

Belang werknemer

De werknemers hebben echter ook een belang. Zij moeten op zoek naar een nieuwe baan en een concurrentiebeding kan daarbij flink in de weg zitten. Medewerkers zijn door het faillissement al behoorlijk benadeeld en er moet een goede reden zijn om hen aan het concurrentiebeding te houden. Over het algemeen kan een curator alleen een beroep doen op het behouden van het concurrentiebeding als dit een voorwaarde is voor het slagen van de doorstart.

Wanneer een doorstart uiteindelijk niet mogelijk blijkt en de onderneming helemaal ophoudt met bestaan heeft de curator geen belang meer bij het in stand houden van het concurrentiebeding.

Heb jij het idee dat het concurrentiebeding in jouw geval onredelijk is en het ervoor zorgt dat je moeilijk ander werk kunt vinden? Dan kun je naar de rechter stappen. De rechter beoordeelt jouw situatie en besluit of het concurrentiebeding mag blijven bestaan of niet. Onze advocaten staan jou bij in dit proces en vechten voor jouw recht. Bel ons direct op 088-6002800 (gebruikelijke belkosten) om vrijblijvend jouw situatie door te spreken.

Vragen of hulp nodig?

Heb jij te maken met een concurrentiebeding na faillissement, dan zit je wellicht met de nodige vragen. Bel ons direct op 088-6002800 (gebruikelijke belkosten) of vul ons contactformulier in zodat wij kunnen beoordelen welke juridische vervolgstappen in jouw situatie nodig zijn. Wij helpen je graag en pakken jouw zaak direct op.