“Sinds 2005 jouw online juridische hulp”

Het kabinet akkoord met voorstel om arbeidsmarkt te hervormen

27 jun, 2012 | Arbeidsmarkt
9,5
Klanten vertellen

1283 beoordelingen

Het kabinet is akkoord gegaan met voorstellen van minister Kamp van Sociale Zaken en Werkgelegenheid om de arbeidsmarkt te hervormen. Werkgevers kunnen straks werknemers zonder voorafgaande toets ontslaan, maar betalen wel de eerste periode van werkloosheid. Werknemers krijgen bij ontslag een financiële vergoeding die ingezet moet worden voor scholing of voor het vinden van een nieuwe baan.

De hoofdlijnennotitie, die minister Kamp aan de Tweede Kamer heeft gestuurd, is een uitwerking van de afspraken over ontslag en WW die de Tweede Kamerfracties van VVD, CDA, D66, GroenLinks en ChristenUnie hebben gemaakt in het begrotingsakkoord 2013.

Minister Kamp ziet de notitie als een aanzet voor een brede discussie over de noodzakelijke hervormingen van de arbeidsmarkt. ‘Deze voorstellen versterken de werking van de arbeidsmarkt: ze leiden tot meer mobiliteit, minder tweedeling tussen tijdelijke en vaste contracten en meer scholing. Dit leidt uiteindelijk tot een hogere arbeidsproductiviteit en versterkt daarmee de economische positie van Nederland.’ Kamp ziet ook voordelen voor de werknemers zelf: ‘Zij komen sneller en vaker terecht op de plek waar hun capaciteiten het beste tot hun recht komen. Dit draagt bij aan hun persoonlijk welzijn.’

Eén route voor ontslag

Er komt één route voor het ontslaan van werknemers. Het huidige stelsel kent twee verschillende ontslagroutes, via het UWV of via de kantonrechter; het is daarmee nodeloos ingewikkeld en kan in gelijke situaties leiden tot ongelijke uitkomsten. Straks mag een werkgever een werknemer ontslaan zonder toetsing vooraf. De opzegtermijn van werkgevers en werknemers om een contract te kunnen beëindigen, wordt voortaan twee maanden voor iedereen. De werkgever moet het ontslag wel goed motiveren. Ook moet een hoorprocedure worden gevolgd waarbij de werkgever het ontslag aankondigt en de werknemer hierop kan reageren. Is de werknemer het niet eens met het ontslag, dan kan hij of zij naar de rechter stappen. Het kabinet gaat er daarbij vanuit dat werkgevers en werknemers zich in ieders belang inspannen om de hoorprocedure zo zorgvuldig te voeren dat een onnodige gang naar de rechter wordt voorkomen.

Werkgever betaalt eerste periode WW

De werkgever gaat de kosten dragen van de eerste periode werkloosheid van ontslagen werknemers met tijdelijke of vaste contracten, tot maximaal zes maanden. De precieze vormgeving moet nog worden uitgewerkt. De extra kosten voor werkgevers worden gecompenseerd door lagere ontslagkosten. Dit motiveert werkgevers om werknemers te helpen bij het snel vinden van nieuw werk. De overheid bespaart door deze maatregel één miljard euro per jaar.

Transitiebudget voor scholing

Werknemers krijgen vanaf 2014 bij ontslag een zogenoemd ‘transitiebudget’. Dat bestaat uit een kwart maandsalaris per gewerkt jaar, met een maximum van een half jaarsalaris. Op dit moment bepaalt de kantonrechter de ontslagvergoeding en die valt doorgaans hoger uit. Dat maakt het duur voor werkgevers om mensen met een vast contract te ontslaan en houdt doorstroming van werknemers naar ander werk tegen. Het transitiebudget komt in de plaats van de huidige ontslagvergoeding en geldt in beginsel voor zowel vaste als tijdelijke werknemers. Het kabinet wil werkgevers en werknemers stimuleren te investeren in scholing tijdens en na afloop van een baan om zo snel nieuw werk te vinden. Er wordt nog bezien of ten aanzien van dit transitiebudget voor ontslagen werknemers met een tijdelijk contract de recent gemaakte scholingskosten verrekend kunnen worden.

Kamp verwacht dat met deze hervormingen van de arbeidsmarkt de arbeidsmobiliteit van met name ouderen toeneemt. Oudere werknemers zitten nu vaak gevangen in hun huidige baan, omdat ze bij doorstroming naar nieuw werk zekerheden, zoals een hoge ontslagvergoeding, kwijtraken. Meer mobiliteit op de arbeidsmarkt zorgt ervoor dat werknemers beter op hun plek terechtkomen. Daardoor stijgt de arbeidsproductiviteit naar verwachting met 0,4% van het BBP, wat een structurele verbetering van de welvaart oplevert van 2,5 miljard euro.

Bron: Rijksoverheid.nl