Corona heeft veel teweeg gebracht. We gingen massaal thuiswerken en heel wat mensen raakten hun baan kwijt. Hier voelen we de gevolgen nu nog steeds van. Uit een nieuwe analyse van het CBS is gebleken dat vooral werknemers onder de 25 jaar die werkzaam waren in de horeca hun baan verloren in het eerste coronajaar. Vaak hadden zij een bijbaantje met een nul-urencontract. Er zijn al meerdere analyses gemaakt van de veranderende arbeidsmarkt tijdens de coronatijd, maar er is nu voor het eerst gekeken naar de samenstelling van de groep werknemers in de horeca.

Klappen in de horeca

Helemaal compleet is het overzicht niet, geef hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen van het CBS aan. Dit omdat de zelfstandigen en uitzendkrachten niet meegenomen zijn, alleen de mensen in loondienst. Duidelijk is wel: er zijn veel jongeren die in de horeca werkten en dat is de groep waar de grootste klappen zijn gevallen. In het begin van 2020, net voor de uitbraak van corona, was meer dan de helft van de werknemers jonger dan 25 jaar. Er werkten toen ongeveer 395.000 werknemers in de horeca. Door alle lockdowns en coronamaatregelen verlieten ruim honderdduizend werknemers noodgedwongen deze sector. In januari 2021 waren er toen nog maar 289.000 werknemers.

Een derde verloor zijn baan

Volgens de cijfers verloor bijna een derde van de jongeren zijn baan. “In alle leeftijdsgroepen is een daling te zien, maar het grootste gedeelte zijn jongeren,” constateert Mulligen. Van de 203.000 werknemers van onder de 25 jaar, die voor corona in de horeca werkten, zaten er 61.000 een jaar later zonder baan. Het overgrote deel van de groep tot de 25 jaar had een flexibel arbeidscontract (94%). Hierbij ging het vooral om nul-urencontracten. Moet een horecagelegenheid de deuren sluiten, dan zijn deze oproepkrachten de eerste werknemers die eruit vliegen, volgens de CBS-econoom.

Bijbaan

De banen zijn voor de meesten van de jongeren slechts een bijbaan, wat een schrale troost kan zijn. Maar liefst 139.000 van de 203.000 jongeren stonden ingeschreven bij een onderwijsinstelling. Uit de analyse blijkt dat onder de onderwijsvolgende jongeren 32 procent een jaar later nog zonder baan zat. Onder jongeren die geen onderwijs volgden lag dit percentage op 23 procent.

Of een deel van deze jongeren uiteindelijk nog is teruggekeerd naar de horeca of een andere baan gevonden heeft, is niet onderzocht. Voor corona kampte de horeca al met personeelstekort, maar de schaarste is nu nog groter dan voor corona.