Wat zijn de concrete plannen in de Miljoenennota/rijksbegroting 2005 betreffende werk, ontslag en uitkeringen die mogelijk van belang kunnen zijn voor je? Let op: Het gaat hier om een beleidsvoornemen. Of ze doorgaan en de ingangsdatum is afhankelijk van goedkeuring door de Tweede en Eerste Kamer.

Loon en uitkering

  • Bevriezing van het loon van ambtenaren, het minimumloon en de uitkering in 2005.


Ontslag en WW-uitkering

  • Het kabinet komt met een standpunt over de huidige ontslagpraktijk. Hierbij wordt de regel ‘last in, first out’ – wie als laatste is aangenomen, wordt als eerste ontslagen – betrokken. Ook komt er een standpunt over het bestaande duaal ontslag stelsel (ontslag via CWI of via de rechter).
  • De ontslagvergoeding wordt in mindering gebracht op de WW-uitkering.
    Scholings- en bemiddelingsvergoedingen en reguliere pensioenpremies worden niet verrekend met de WW-uitkering.
  • 26-uit-39-weken-eis voor de WW wordt 39-uit-52-weken-eis.
    Werknemers krijgen alleen een WW-uitkering als ze in vier van de vijf voorafgaande jaren minstens 52 dagen per jaar loon hebben ontvangen én van de laatste 52 weken er 39 hebben gewerkt.
  • De kortdurende WW-uitkering voor mensen die alleen aan de wekeneis voldoen, vervalt.
  • Musici en artiesten moeten van de laatste 39 weken er 26 hebben gewerkt om in aanmerking te komen voor WW.
  • De duur van de WW-uitkering wordt met ingang van 1 januari 2005 geleidelijk meer gebaseerd op het aantal jaren dat iemand sinds 1998 daadwerkelijk heeft gewerkt.


Pensioen en Prepensioen

  • Voor mensen die op 1 januari 2005 jonger zijn dan 57 jaar vervallen vanaf 2006 de belastingvoordelen voor VUT- en prepensioenregelingen. Voor 57-plussers verandert er niets.
  • Het blijft mogelijk om tot 100 procent van het laatstverdiende loon aan ouderdomspensioen op te bouwen. Dat is gunstig voor mensen die al jong aan het werk zijn gegaan. Zij kunnen toch eerder stoppen met werken, bijvoorbeeld tegen 70 procent van het laatstverdiende loon.
  • Pensioenfondsen krijgen met ingang van 2006 de mogelijkheid afkoop van prepensioenrechten toe te staan. Door de maatregel worden pensioenfondsen in de gelegenheid gesteld om werknemers de mogelijkheid te bieden hun opgebouwde pensioenrechten zonder belastingheffing over te hevelen naar een levensloopregeling. Bij uitbetaling van het prepensioen moet inkomstenbelasting worden betaald.


Kinderopvang

  • De Wet kinderopvang wordt op 1 januari 2005 van kracht. Ouders krijgen van de overheid een tegemoetkoming in de kosten voor kinderopvang.
  • Als een werkgever niet meebetaalt aan de kinderopvang, krijgen ouders een extra tegemoetkoming van de overheid. Deze regeling wordt in 4 jaar afgebouwd voor inkomens boven de 45.000 euro.
  • In 2006 wordt onderzocht hoeveel werkgevers meebetalen aan kinderopvang van hun werknemers. Op basis hiervan bepaalt het kabinet of het nodig is het beleid aan te passen.


Zorgverlof

  • Werknemers krijgen recht op (onbetaald) langdurend zorgverlof voor een levensbedreigend ziek kind, ouder of partner.
  • De regeling die betaling van ouderschapsverlof via belastingvoordelen stimuleert, zal per 1 januari 2006 opgaan in de Levensloopregeling.


Bijzondere groepen

  • Vanaf 1 januari 2005 stelt het CWI vast wie in aanmerking komt voor een plek in de sociale werkvoorziening. Nu is dat een taak van de gemeenten.
  • Nog in 2004 komt er een plan om te bevorderen dat meer mensen in de sociale werkvoorziening onder begeleiding bij een gewone werkgever gaan werken in plaats van in een apart bedrijf.
  • Voor het aan werk helpen van arbeidsgehandicapte jongeren met een Wajong-uitkering wordt jaarlijks 11,5 miljoen euro uitgetrokken. Met ingang van 2006 hoeven werkgevers onder andere bij het in dienst nemen van jonggehandicapten geen loon bij ziekte door te betalen. Ook krijgt de werkgever geen verhoogde WAO-premie als een arbeidsgehandicapte jongeren binnen vijf jaar uitvalt als gevolg van ziekte.
  • Met de nieuwe Wet werk en inkomen kunstenaars worden kunstenaars meer dan voorheen gestimuleerd bij het opbouwen van een renderende beroepspraktijk. Zo wordt het minimum bedrag dat de kunstenaar moet verdienen jaarlijks hoger om nog in aanmerking te kunnen komen voor de uitkering.
    De wet treedt naar verwachting in werking per 1 januari 2005.
  • Het voornemen is de Regeling Schoonmaakdiensten Particulieren, ook wel bekend als de ‘witte werksterregeling’, af te bouwen in 2005 en 2006. Tijdens die twee jaar worden de ‘witte werksters’ geholpen ander werk te vinden.

Let op: Per 1 januari 2009 is het CWI onderdeel geworden van het UWV. Door het samenvoegen van het CWI en de re-integratieactiviteiten van het UWV is het UWV WERKbedrijf ontstaan.

[bron:minszw tekst]